Gorkum, de stad waar ik woon, wordt de laatste tijd geteisterd door straatverkopers. Mensen die ‘werken’ voor goede doelen en soortgelijke instanties en zodanig op je inpraten, zodat je haast gehersenspoeld wordt en vervolgens bereid wordt geacht om hen vanaf dat moment van een maandelijkse bijdrage te voorzien.

Begrijp me niet verkeerd, het is heel goed als mensen zich voor goede doelen inzetten, maar mijns inziens kunnen ze dat beter op een andere manier aanpakken. Gister nog: Ik kom nietsvermoedend de HEMA uitlopen, als er opeens een gozer van begin twintig voor m’n neus en binnen mijn persoonlijke territorium-grens staat, die zonder eerst netjes te vragen of ik wel zin heb om zijn geleuter aan te horen, meteen met de deur in huis valt.

In het begin werd er nog weleens netjes gevraagd of ze wat mochten vragen of vertellen. Nu hebben ze blijkbaar een andere aanpak geleerd, waarbij de onschuldige voorbijganger feitelijk geen kans meer krijgt om nee te zeggen. Die tactiek hebben zowel de mensen van de goede doelen, als de godsdienst-aanhangers blijkbaar geleerd, want ze gaan op eenzelfde irritante manier te werk.

Kreeg je vroeger vertegenwoordigers aan de deur die leurden met het nieuwste schoonmaak-middel (Deze werkt écht geweldig!), of een Jehova’s getuige met de onverbeterlijke voet tussen de deur. De dag van vandaag word je op straat ‘overvallen’, net zolang totdat je toegeeft en een spreekwoordelijke greep in je portemonnee doet. Daar doe ik dus mooi niet aan mee!

Maar goed, die gozer dus. Begint meteen familiair te doen met een praatje over AIDS-kinderen. Heel erg natuurlijk, maar wederom niet echt een lekkere manier van aanpak om mensen op een dergelijke intimiderende manier te benaderen.

Sowieso is het ook nog maar de vraag of het geld van de mensen die zich daadwerkelijk hebben laten overhalen zo’n formuliertje in te vullen, ook echt op de juiste plaats terecht komt. Die mensen moeten, als ik me niet vergis, ook een vergunning hebben om op straat met hun product (of dat nou God is of een abonnement op de Telegraaf) te kunnen leuren en ze moeten zich ook kunnen legitimeren.

Als er dan zo’n mannetje (of vrouwtje) op je in staat te praten en je geeft als excuus dat je zelf al moeite genoeg moet doen om rond te komen, wordt dat niet als geldig argument geaccepteerd. Nee, er wordt dan nog eens extra stevig op je ingepraat want ach, die €5 per maand kan toch iedereen missen? Waar ik nogal mierig om word. Niemand behalve ikzelf heeft het recht om over mijn portemonnee te beslissen en zéker mensen die je lukraak op straat tegenkomt niet.

Toch weten ze het altijd voor elkaar te krijgen om je met een schuldgevoel achter te laten. Je durft bijna niet meer een winkel in te lopen in het zicht van zo iemand, want stel dat ze achter je aan komen met de kreet “Ha! Je kunt blijkbaar wel een pak WC papier kopen, maar die €5 voor <vul goed doel in> kan er niet vanaf? Hier met dat geld!”. Terwijl dat toch eigenlijk te gek voor woorden is en ik om dat aangeprate schuldgevoel nog wel het meest boos word.

Ik probeer er altijd onderuit te komen, als ik ze zie (het zijn meestal groepjes met dezelfde t-shirts aan en bijna altijd studentjes die wat bij willen verdienen) loop ik er met een boog omheen, maar soms ben ik te laat en staat er één voor m’n neus voor ik er erg in heb. Omdat ik netjes en beleefd ben opgevoed en dat meestal ook ben, vind ik het bot om gewoon door te lopen en niks te zeggen, maar uiteindelijk heb ik daar in zo’n situatie uiteindelijk alleen mezelf mee.

Al met al vind ik het een bijzonder irritante vertoning en begrijp ik niet dat zulke mensen, of in elk geval de lui die dit soort ‘straatfeestjes’ organiseren, niet inzien dat dit een volstrekt verkeerde manier is om aan geld te komen voor goede doelen. Ik zou het eerst in de hogere (inkomens-)regionen zoeken.

Strijk eens een paar vette bonussen glad bijvoorbeeld, daar zit meer geld dan ze in heel Gorkum (om maar wat te noemen) bij elkaar kunnen sprokkelen. Nee, de bonusmensen krijgen alleen maar méér geld op hun toch al riante bankrekening, terwijl nietsvermoedende mensen met een laag inkomen een schuldcomplex aangepraat krijgen, omdat ze geen geld willen geven omdat ze het gewoon niet kunnen missen.

Overigens geef ik zelf ook wel eens aan goede doelen, maar alleen doelen die ik belangrijk vind, zoals de Hartstichting, KWF Kankerbestrijding en KiKa.

Hierdoor kom ik op een ander onderwerp, en wel het heldensyndroom van Nederland. Zo noem ik het althans. Het feit dat Nederland altijd, maar dan ook echt áltijd vooraan staat om te helpen in andere landen maar daarbij over het eigen volk heen kijkt.

Oorlog in Afghanistan? Nederland smijt met miljarden om een pluk militairen over te zetten. Ramp in Haïti? Nederland flanst acuut een ubercommerciële TV show in elkaar om geld op te halen. Nogmaals, allemaal hartstikke goed en vooruitstrevend hoor, maar als je dan zo graag de wereldverbeteraar uit wilt hangen, vergeet dan vooral je eigen hachie niet! Hier in Nederland is ook genoeg ellende, zijn ook genoeg schrijnende gevallen. Telt dat soms niet? Is het alleen belangrijk als het wereldnieuws is en je als land dus lekker in de media komt met al je goodwill?

Het kan aan mij liggen, maar ik vind het gedrag van de Nederlandse staat in dat geval veel weg hebben van het gedrag van sommige beroemdheden die van de daken roepen dat ze aan liefdadigheid doen, maar het eigenlijk alleen doen om een extra portie aandacht te krijgen. Liefdadigheid doe je niet om de aandacht, maar om de liefdadigheid, het helpen van anderen. Het is nog steeds liefdadigheid als de media er geen weet van heeft!

Maar goed, ik dwaal af. Ik vind gewoon dat bepaalde dingen op een hele kromme manier gaan en ondanks dat ik me niet bezighoud met de politiek en ook die intentie niet heb, denk ik soms weleens dat wanneer bepaalde dingen op een andere manier aangepakt zouden worden, er veel constructiever gewerkt zou kunnen worden met het oog op onder meer dit soort situaties.

Stop met mensen lastig vallen op straat voor een paar centen, maar strijk wat bonussen glad. Maak een vast ‘noodgevallen en goede doelen’ potje voor de staat, weet ik veel. Ik zeg ook maar wat. Maar laat mensen in godsnaam over hun eigen portemonnee beslissen en hang vooral niet zo de held uit als je het, in geval van je eigen land, niet eens waar kan maken.

Dat wilde ik even kwijt. Ik kan me best voorstellen dat er genoeg mensen zijn die het hier niet mee eens zijn en dat mag. Ik spreek in dit artikel dan ook alleen voor mezelf en wat mijn mening en mijn gevoel hierover is.