Als je mijn blog langer volgt, weet je dat ik sinds vorig jaar regelmatig ingezet word als (vrijwillig) verkeersregelaar. Voor 2011 heb ik al een paar jaar half-om-half meegelopen en daardoor ontdekt dat ik het erg leuk vond om te doen, dus ging ik zelf ook mijn certificaat halen, wat benodigd is om officieel verkeersregelaarswerk te mogen doen.

Als je dat niet hebt, kun je ook wel een oranje hesje aantrekken en auto’s tegenhouden met een stopteken, maar mocht er iets gebeuren ben je niet verzekerd en daarnaast is het wel zo handig om de kneepjes van het ‘vak’ te leren, zoals dat je je rechterhand op moet steken en niet je linker en welke maatregelen je moet nemen om ook je eigen veiligheid te waarborgen, dat is tenslotte ook niet onbelangrijk!

Afgelopen jaar was mijn eerste klusje van dit jaar. Ik had me ook nog voor iets anders aangemeld, maar daar bleek al genoeg mankracht voor aanwezig. Vorig jaar heb ik ook in samenwerking met een oud-politieagent evenementen begeleid hier in de stad, maar van hem heb ik dit jaar nog niets gehoord, dus het zal nog niet nodig zijn.

Verkeersregelaars hesje

Voordat ik verder ga met een al dan niet beknopt verslagje van afgelopen zaterdag, wilde ik nog één ding kwijt over de combinatie slechtziend en verkeer regelen. Als ik er niet min of meer ingerold was, zou het waarschijnlijk nooit bij me zijn opgekomen om dit te gaan doen.

Zo’n certificaat halen kun je ook als je doof en blind bent, in principe is het niet meer dan een avondje luisteren, maar je weet zelf wel of je de verantwoordelijkheid aan kunt en of je de veiligheid van jezelf als ook wel de weggebruikers kunt garanderen. En ja, dat kan ik.

Zolang ik niet midden op de A27 gezet word of een kruispunt in één van de drukste steden van ons land, kan ik het prima handelen. Ik heb vorig jaar met de Truckrun in het Land van Heusden en Altena zelfs op een drukke rotonde gestaan die een verbinding vormt met de aansluiting naar de A27, maar op een paar mensen met grote bek na, kon ik het prima aan en heb ik gelukkig geen problemen ondervonden.

Ik heb andere handvatten om bepaalde dingen te herkennen en daarnaast durf ik wel te beweren dat mijn reflexen sneller zijn dan die van de meeste mensen, juist door mijn handicap. Dat is een eigenschap die in dit werk heel goed van pas komt.

Wat die eikels betreft, ook dat kom je tegen als verkeersregelaar. De meeste mensen zijn gelukkig vriendelijk en hebben begrip voor de situatie en dat jij er ook alleen maar staat om de boel in goede banen te leiden. Maar er zijn echte lastpakken bij, dat heb ik vorig jaar ook meerdere keren ondervonden.

Het grappige is dat ik juist in dit werk behoorlijk autoritair kan zijn, terwijl ik dat normaal gesproken helemaal niet ben. Zodra ik dat hesje aan heb recht ik mijn rug, gooi ik mijn schouders naar achter en kan ik echt streng zijn als dat nodig is. Nee is nee en een discussie is niet mogelijk. Punt.

De Omloop van Aalburg is een jaarlijks wielerevenement in de gemeente Aalburg, wat voor de 6e of 7e keer werd gehouden. Dit was mijn vierde jaar dat ik erbij was. De eerste twee jaar als ‘hulppiet’ mee met de verkeersregelaars op de motor, vorig en dit jaar als gecertificeerd verkeersregelaar op locatie.

Ik zou met iemand anders het verkeer afsluiten van een weg bij een industrieterrein en in principe zou ik ‘s middags weer op dezelfde plek staan. Voordeel was dat dit heel dicht bij het huis van mijn oma was, waardoor ik er gewoon lopend naartoe kon. Mijn oma woont dus in Wijk en Aalburg en de dag dat ik in het dorp ben voor de omloop, is haar huis zeg maar mijn basis. :-)

Wielrenners in Wijk en Aalburg

Vorig jaar stond ik op 2 verschillende plekken in Veen en ging ik op de fiets van m’n oma naar de locatie, met een lekke band als resultaat! Dit jaar ging dat gelukkig makkelijker! Het afsluiten van het verkeer werd in dit geval vrij letterlijk genomen.

We hadden een rood-wit lint wat we kort voordat de renners arriveerden voor de weg spanden. Ergens vond ik dat jammer, ik ben meer van het handwerk en als je met 2 man met zo’n stom plastic lintje staat voelt het toch een beetje voor spek en bonen.

Desondanks was het gezellig en kon ik ‘t goed vinden met de man waar ik mee stond. ‘s Middags zou ik dus eigenlijk op dezelfde plek staan, maar dat veranderde op het laatste moment.

Toen ik ‘s middags ruim voordat de fietsers weer langs zouden komen op m’n gemakje het pad van m’n oma afkuierde met mijn oranje hesje aan en m’n zwarte Yamaha-pet op m’n kop, stond een andere verkeersregelaar me al op te wachten met de vraag of ik soms van plek wilde wisselen.

Hilarisch genoeg was de nieuw aangeboden plek zo mogelijk nog dichter bij het huis van mijn oma; namelijk aan het einde van het pad dat naar haar huis leidt. Hier moest gevlagd en gefloten worden bij de wegversmalling, zodat de wielrenners wisten dat ze iets smaller moesten gaan rijden om ongelukken te voorkomen.

De voorgaande jaren heb ik ook bijna altijd gevlagd, dus dat was geen nieuws onder de zon. Wel was dit de meest gave keer tot nu toe omdat de wegversmalling op dat punt heel erg smal is en je daar dus op moest staan. Stel je een vluchtheuveltje van zo’n 50 cm breedte voor waar wielrenners op enkele centimeters afstand met een gangetje van dik 40 kilometer per uur langs vliegen. En daar stond ik dus.

Zodra ze eraan kwamen, stopte ik de fluit in m’n mond en hield ik mijn armen hoog boven me met de vlag. Ik moest me zo smal mogelijk maken, want één elleboogje te ver naar buiten en er zouden ongelukken gebeuren.

De eerlijkheid gebiedt me te zeggen dat ik het de eerste keer best spannend vond. Ik had vaker op wegversmallingen gestaan om te vlaggen, maar dan spreken we meer over vluchtheuvels zo breed als een smalle stoep, dit was even iets anders!

Ik vond het ergens jammer dat ik het niet heb vast kunnen leggen, maar met een fluit in mijn mond gepropt en twee handen hoog in de lucht met een vlag, had ik geen plek meer over om mijn telefoon ook nog eens vast te houden. :-)

Het kwam erop neer dat je een peloton wielrenners wegbreed op je af ziet vliegen terwijl jij voor je gevoel midden op de weg staat. Je ziet ze in rap tempo naderen en een enkeling rijdt zelfs in vliegende vaart recht op je af. Pas op het laatste moment wijken ze uiteen en raast het grootste gedeelte over de weg en een wat kleiner groepje aan de andere kant over het fietspad,

Dat herhaalde zich die middag uiteindelijk zo’n zes keer, daarna was het voorbij. Tussendoor bivakkeerde ik bij mijn oma. Tussen elke ronde zat zo’n 40 minuten en als laatste deden ze drie korte rondjes waar ongeveer een kwartiertje tussen zat.

In die tijd bleef ik op straat staan kletsen met de andere regelaars. Dat is iets wat ik mezelf een paar jaar geleden ook nog niet echt zag doen, maar ik vermaak me prima. Overigens was ik wel één van de weinige vrouwelijke regelaars. Ik heb er geen enkele gezien in elk geval. Niet dat ‘t uitmaakt, ik vermaak me over het algemeen beter met mannen dan met vrouwen.

Ik was om 6 uur klaar, daarna bij oma gegeten (nieuwe aardappelen, héérlijk) en vervolgens naar huis. Eenmaal thuis toch wel moe, maar ik was die morgen om kwart voor 7 al opgestaan en stond om half 10 op locatie. De hele dag staan, lopen en natuurlijk goed opletten maakt best wel moe, maar zeker ook voldaan. Het was weer leuk om erbij geweest te zijn dus volgend jaar weer!