Gister was de tweede zondag dat de Weekly Snaps niet verscheen en ik moet je teleurstellen: je gaat er geen zien van afgelopen week. Ik heb toch niet veel foto’s gemaakt en volgende week heb je een dubbele tegoed. De reden hiervoor is dat ik afgelopen zaterdag in de namiddag een motorongeluk heb gehad en daar zelf ook wat aan overgehouden heb.

Omdat achter de computer zitten en typen meer moeite kost dan anders, ga ik proberen het verhaal samen te vatten, maar ik merk dat ik er graag over wil praten, zelfs als ik op bed lig ga ik in mijn hoofd door met dialogen voeren en erover vertellen, dus erover schrijven op mijn blog heeft ook in zekere zin een therapeutische werking. Verwerken is goed, het kan er maar uit zijn.

Het was zaterdag dat Martin, een vriend van me waar ik regelmatig mee ga motorrijden, belde of ik zin had een eindje te toeren. Noem het woord motor en toeren in één zin en ik sta met m’n helm op bij de voordeur. We zijn naar Van Meel Motoren in Made gereden omdat hij aan nieuwe motorlaarzen toe was en ik kon de verleiding niet weerstaan en kocht een nieuwe Yamaha-pet.

Vervolgens zijn we doorgereden naar Gilze-Rijen, waar de Luchtmachtdagen aan de gang waren. Een beetje aan de late kant waren we, maar we hebben nog ruim een half uur stoere straaljagers en legerhelikopters boven onze hoofden zien vliegen.

Daarna was het plan om bij McDonald’s in Waalwijk iets te eten, maar dat liep anders. Nadat ik 5 minuten eerder nog een foto van een oldtimer maakte terwijl we op provinciale weg N631 reden, ging het mis op de korte invoegstrook naar de A27.

We moesten hard remmen voor een auto die opeens stilstond, waarbij het voorwiel waarschijnlijk heeft geblokkeerd en de motor een zogenaamde ‘stoppie’ maakte en over de kop sloeg.

Doordat de achterkant van de motor omhoog zwiepte, ben ik letterlijk gelanceerd en over de motor en de auto ervoor geslingerd, om vervolgens midden op de rijbaan van de A27 te kwakken. Martin heeft zijn eigen motor bovenop zich gekregen.

Foto van het ongeluk

Ik herinner me niets van het ongeluk. Ik zag later de foto van de oldtimer terug en weet dat nog precies, ook dat we die later passeerden en aan de rechterkant een tankstation was. Zelfs het moment vlak voordat ‘t mis ging, kan ik me niet herinneren, dat is één groot zwart gat. Ik was er pas weer toen ik in de berm van de A27 zat met een man die m’n nek stabiel hield.

Ik was blijkbaar op mijn hoofd gevallen en ze gingen er al min of meer vanuit dat ik nekletsel zou hebben. Alles wat ik weet (inmiddels is mijn ‘reconstructie’ aardig compleet), heb ik via brokjes informatie her en der vandaan. Van mensen, van een artikel op omroep Brabant en ook van Martin, die zelf geen black-out heeft gehad.

Het eerste wat ik weet is dat ik bij die vangrail zat. Mensen stonden tegen me te praten, ik kende niemand en had geen idee wat ik daar deed. Ik was in de war, mijn korte termijn geheugen was slecht (waar is dat ding wanneer je ‘t nodig hebt!) en ik was verward. Ik heb niet gehuild en kan me niet eens herinneren een schrikreactie te hebben gehad op wat er gebeurde, ik was in shock.

Opeens zag ik een bekend gezicht. Een kennis van me is politieagent en die kwam net de afrit af net nadat ‘t ongeluk was gebeurd. Hij was dus direct ter plaatse en heeft ambulances en versterking opgeroepen.

De rijbaan is ook een tijd afgezet geweest. Ik heb tegen hem blijkbaar wel een keer of tien gezegd dat ik zó blij was hem te zien, maar ik weet er niks meer van. Eigenlijk is het hele stuk van ongeluk tot en met dat ik in het ziekenhuis was nogal wazig.

Martin en ik werden vervolgens met twee ambulances afgevoerd naar het Amphia ziekenhuis in Breda. Van Martin was al vrij snel bekend dat hij zijn rug op twee plekken gebroken had en ik vreesde ook voor m’n rug, vanwege mijn osteoporose.

Ik werd in het ziekenhuis op een brancard binnengedragen en vervolgens helemaal doorgelicht. Foto’s van wervelkolom, bekkengebied en nek. Later kwam er ook nog een neuroloog langs.

Deze voerde allerlei allerlei testjes uit, waar ik (gelukkig) glansrijk voor slaagde. Vervolgens moest er voor alle zekerheid een CT scan van mijn hersens gemaakt worden. Er waren wel een paar dingen te zien, maar dat waren oudere afwijkingen en niet ontstaan door het ongeluk. Diepe zucht. Ook de bot- en gewrichtsfoto’s leverden niets op om me zorgen over te maken.

Wel werd geconstateerd dat ik een (lichte) hersenschudding had en de eerste blauwe plekken begonnen ook al zichtbaar te worden. In de anderhalve dag tijd dat we nu verder zijn, hebben al meerdere mensen zich uitgesproken over het feit dat het echt een wonder te noemen is dat ik met zo’n vluchtduik en vervolgens een smak op het asfalt ‘alleen maar’ een hersenschudding en wat beurse en blauwe plekken heb. Ik heb geen idee, ik wijt het aan mijn guardian angel!

Speldjes op mijn motorjack

Terwijl ik in het ziekenhuis op een kamertje lag om alle uitslagen van de onderzoeken af te wachten (bedelend om iets te eten), stond opeens mijn moeder binnen samen met een vriendin.

Ik was in eerste instantie verbaasd (en natuurlijk heel blij!), maar ik blijk dus ondanks black-out en geheugenverlies wel de tegenwoordigheid van geest te hebben gehad om vanuit de ambulance een foutloos smsje aan haar te tikken dat ik in de ambulance lag en naar welk ziekenhuis ik onderweg was. Kan ik me dus niet herinneren! Toch fijn om te weten dat ik zelfs tijdens een black-out nog praktisch ingesteld ben.

Na drieënhalf uur onderzoeken, afwachten en praten mocht ik naar huis. Ondanks dat ik niet geloof dat ik het heb laten merken, was ik zo blij als een kind en in staat om als een skippybal dat ziekenhuis uit te stuiteren, rugpijn en hersenschudding of niet.

Ik heb overigens binnen en buiten het ziekenhuis iedereen non-stop de oren van het hoofd gekletst en was voor iemand die doorgaans de rust zelve is, opeens heel erg druk. Maar dat is mijn manier om dingen te verwerken. Ik huil niet, ik word niet hysterisch, ik praat. En ik praat veel.

Ik was dus om een uur of elf thuis. Martin had ‘t helaas minder getroffen. Hij mocht niet naar huis, maar lag aan een infuus met morfine in een ziekenhuisbedje. Zijn rug was inderdaad op twee plaatsen gebroken, waarvoor hij een korset heeft gekregen en ook heeft hij enkele ribben gebroken en een klaplong.

Maar de breuken zijn gunstig in de zin van geen kans op verlammingsverschijnselen. Er is een mogelijkheid dat er een operatie zal volgen, maar ik neem aan dat hij met voldoende rust volledig zal kunnen herstellen.

Amphia ziekenhuis Breda

Zelf ben ik dus naar huis gestuurd en ik was blij dat ik in m’n eigen bedje kon liggen. Desondanks heb ik nu al twee nachten nauwelijks geslapen met alle gevolgen van dien, ik ga proberen of ik vandaag bij m’n huisarts terecht kan om daar iets aan te doen en ik wil ook vragen wat voor klachten ik nog meer kan verwachten en wat normaal is bij een hersenschudding.

Dat ik de hele dag door hoofdpijn heb en veel duizelig ben kan ik nog wel verklaren, maar niet dat ik niet kan slapen, dat ik gisteravond opeens 15 keer moest plassen en dat ik me zo gammel voel dat het lijkt alsof ik een stevige griep te pakken heb.

Het mooiste geschenk wat je kunt krijgen, is een nieuwe dag om te leven.

Ook op het emotionele vlak merk ik dat dingen een beetje los beginnen te komen. Zo voel ik me soms opeens ontzettend naar en een beetje angstig uit het niets, waarvan ik vermoed dat het een soort vertraagde schrikreactie is omdat ik die ten tijde van het ongeluk zelf niet heb gehad.

Af en toe lijken er ook wat dingetjes boven te komen die ik me herinner. Zo had ik vanmorgen opeens de geur van desinfectiemiddel in m’n neus en had ik later opeens een liedje in m’n hoofd waarvan ik zeker weet dat ik het zaterdag heb gehoord, maar niet meer waar of wanneer.

Aan de hand van foto’s, tijd / locatie gegevens op m’n iPhone (lang leve Moves) en veel dingen vragen heb ik het beeld van wat gebeurd is redelijk compleet. Ik heb dezelfde avond al zitten googelen op zoek naar informatie. het is wel een rare gewaarwording als je tekst en ook een foto ziet van een ongeluk waar je zelf bij betrokken was, maar waar je dus niets van weet.

Of het gedeelte wat uit mijn geheugen gewist lijkt te zijn weer terug komt is onbekend, maar ondanks dat ik het een beetje een eng idee vind dat ik een stukje kwijt ben, mag het van mij ook wel weg blijven.

Het zal sowieso tijd nodig hebben om dit te verwerken en allerlei beelden dat ik over auto’s vlieg en de A27 vanuit kikkerperspectief bekijk, lijken me dus niet erg aantrekkelijk. Wat niet weet, wat niet deert…

De komende tijd dus heel erg rustig aan doen, geen gekke en heel inspannende dingen doen. Wat dat betreft wel fijn dat ik geen baan heb, want ik kan mezelf dus zonder problemen alle tijd en rust gunnen die mijn hoofd en lichaam nodig hebben. Sowieso vind ik emotioneel herstel ook wel erg belangrijk, dus ik praat erover zoveel ik kan, dat helpt mij echt.

Dingen inslikken en achter slot en grendel zetten werkt niet, vroeg of laat wreekt zich dat. Ik wilde ook gelijk het artikel van Omroep Brabant lezen en de foto zien. Ik heb inmiddels van iemand zelfs nog een aantal foto’s toegestuurd gekregen. Het is raar, confronterend ook, maar het helpt om het beeld compleet te krijgen.

En wat betreft dat geluk bij een ongeluk: We kunnen het allebei nog navertellen en met een dergelijk ernstig ongeluk is de draad tussen leven en dood kleiner dan je denkt. Ik ben even met beide benen op de grond gezet en weet ook dat ik vanaf nu minder laconiek over bepaalde dingen zal gaan denken.

Als mens voel je je soms iets te onaantastbaar, zo van “Mij overkomt niks”. Dat idee heb ik met fietsen ook te vaak. Altijd maar doordouwen, wel opletten maar toch soms risico’s nemen. Ik heb maar één leven en dat wil ik optimaal benutten. Onderstaand citaat wat ik dezelfde avond nog op Facebook vond, sluit daar erg mooi op aan.

Met deze woorden wil ik deze uiteindelijk nog behoorlijk lange tekst besluiten. Mocht je Martin en mij een berichtje willen sturen, dat kan! Mij kun je altijd bereiken via het contactformulier of natuurlijk via de reacties hieronder. Alvast bedankt!