
Volgens mij ben ik inmiddels al wel over de helft met de 30 Day Blog Challenge. Herinner me er even aan dat ik nooit meer een challenge doe die zó lang duurt, want ik kan het dan alleen maar vergeten. 🙂 Deze keer is de vraag wat mijn favoriete sport is. Aangezien ik geen sportfanaat ben en er maar één ding is wat onder ‘sport’ valt wat ik leuk vind, zijn we gauw klaar!
Mensen zeggen vaak tegen mij dat ze me sportief vinden. Dat wimpel ik steevast weg. Iemand die sportief is, da’s in mijn ogen iemand die zich minstens drie keer per week in het zweet werkt in de sportschool, aan hardlopen doet en daarnaast minimaal één teamsport beoefent.
Het enige wat ik doe is elke dag minimaal vijf kilometer wandelen met de hond en in de betere maanden van het jaar heel wat kilometers wegtrappen op mijn mountainbike. Is dat sportief? Mwah, ik vind het zelf meevallen. Met m’n conditie is weinig mis, maar ik heb niet het afgetrainde lichaam van een sporter.

Mijn fiets bij zonsondergang
Sport is voor mij altijd een lastig puntje geweest. Vrijwel alle teamsporten vallen direct af omdat dat gewoon niet gaat in combinatie met mijn slechte ogen. Vroeger op school deden we wel aan bijvoorbeeld zaalvoetbal en volleybal, maar ik was altijd de slechtste en sowieso was ik enorm bang voor de bal omdat die door klasgenootjes nogal eens recht in mijn gezicht werd gepetst, met opzet dus. Die angst ben ik nooit meer helemaal kwijtgeraakt.
Naar de sportschool wordt ‘m ook niet. Behalve slechte ogen heb ik ook een slechte rug die makkelijk overstuur raakt. Zo’n 2 jaar geleden had ik het plan opgevat om dan in elk geval in de wintermaanden naar de sportschool te gaan, omdat ik dan niet op de fiets zat en op die manier toch nog lekker in beweging kon blijven.
Het resultaat? Minstens 3 maanden bij de fysio lopen omdat ik kapot ging van de rugpijn die ook niet vanzelf overging. Allerlei blokkades die keer op keer opnieuw losgemaakt moesten worden. Dan denk je ook dat je ‘gezond’ bezig bent.
Dus hou ik het maar bij fietsen en wandelen. Dat kost ook geen geld. Want een gemiddeld sportschool-abonnementje kost je toch ook al gauw een paar tientjes in de maand. Als je er één neemt met goede persoonlijke begeleiding zoals ik vanwege m’n rug dus eigenlijk nodig zou hebben, ben je onder de €50 denk ik niet klaar. Dus laat ik het maar lekker zo, spring ik op m’n fiets als het niet te koud of te nat is en wandel ik elke dag een lekker stuk, zelfs al is het koud. Alleen als het hard regent sla ik over.

Lekker fietsen!
Wat dus mijn favoriete sport is? Aangezien ik wandelen denk ik niet echt een sport kan noemen, kom ik dan op fietsen uit. Ik reed eerst voornamelijk op snelheid, maar heb dit jaar ook ontdekt hoe heerlijk het is om lange einden te rijden, nieuwe plaatsen te ontdekken en ritten van tussen de 30 en 50 kilometer te maken en een paar uur in het zadel te zitten. In principe is dat zelfs nog beter voor je conditie dan een rondje van een uur, waarin je het onderste uit de kan haalt qua snelheid. Daarmee heb je namelijk ook eerder kans op verzuurde spieren en blessures.
Dus ja, fietsen is mijn favoriete sport. There you have it. En dan bedoel ik dus niet wielrennen, want dat vind ik niks. Ik vind het iele fietsjes en ik zweer bij mountainbikes, ook al zijn ze dan misschien wat minder geschikt voor op de weg. Qua het volgen van sporten op TV en zo is er geen ene sport die mijn interesse heeft. Zelfs motorsport vind ik geen reet aan en voetbal vind ik alleen leuk als het om een EK of WK gaat. Dan ben ik opeens bloedfanatiek. 🙂
Wat is jouw favoriete sport?
Ik ben dus helemaal geen sporter.. 😉
Leuk om te lezen, je doet wel veel aan beweging hoor! Netjes 🙂
Ik vind zwemmen een heerlijke sport, doe het alleen veel te weinig!
Dankjewel 🙂 Ja je moet ‘t maar fijn vinden. Ik mis het echt als ik m’n ‘loopje’ niet heb gehad. Fietsen doe ik momenteel alleen nog als ik ergens heen moet want ik ben echt een vreselijke koukleum, maar in de betere maanden van het jaar (qua weer) trap ik toch heel wat kilometers onder de pedalen weg. Heerlijk! Zwemmen heb ik vroeger heel veel gedaan, ik werd door m’n vader altijd ‘waterrat’ genoemd. Als ergens water was, dan lag ik erin. Nu zwem ik nooit meer. Ik vind het nog steeds heerlijk maar ik ben nog met geen tien paarden het zwembad of het strand op te krijgen, enkel en alleen omdat ik me niet in badkleding durf te vertonen uit onzekerheid.