Zo, dat is een binnenkomer hè? Nee het is niet persoonlijk. Het is zelfs geen zin die ik zelf heb bedacht, die zomaar aan m’n hersenmassa ontsproot omdat ik zin had om te zeggen hoe lelijk ik jou, of iemand anders vind.

Zoiets is me überhaupt nooit overkomen. Misschien wel, omdat ik weet hoe het voelt. En omdat ik weet dat het vaak zo gaat: Gewoon omdat het lollig is om iets lulligs te zeggen, omdat je je dan stoer voelt, méér voelt. Of omdat je een kutdag hebt.

Gisteren kwam ik op YouTube een indrukwekkende video tegen van het kanaal My Pale Skin. Ik ken noch het account, noch het meisje. Maar die video, die kwam binnen. Ik heb ‘m inmiddels een keer of drie bekeken en zelfs de derde keer raakt het me niet minder. De video laat een mooie jonge vrouw zien, maar… Mét acne en zónder make-up. Niks bijzonders zou je zeggen. Toch wel.

Ze laat in dezelfde video ook zien hoe mensen op social media op deze foto’s van haar reageerden: Hard, grof. meedogenloos, gemeen, En heel onnadenkend. Want als je zo’n zin uit je strot krijgt – die niet eens nodig is, want hé, vormt iemands uiterlijk een bedreiging voor jou? – denk je er überhaupt over na wat de gevolgen kunnen zijn voor zo iemand? Waarschijnlijk duren die wel iets langer, dan jij je nog kunt herinneren dat je die opmerking hebt gemaakt!

En er is nog een reden dat het me raakt: Omdat ik het zelf ook heb meegemaakt. Het aantal uiterlijk-gerelateerde rotopmerkingen die ik over me heen heb gekregen, is vele malen groter dan het aantal complimentjes wat ik tot nu toe heb ontvangen of ooit nog zal krijgen. Van ongeveer mijn tiende tot m’n vijfendertigste werd ik, soms dagelijks, soms wekelijks, met de grond gelijk gemaakt. Eerst door klas- en groepsgenoten, later door wildvreemden op straat of op internet.

Ik heb geen acne, sterker nog: Ik heb een egale huid waar ik nooit enige moeite voor heb hoeven doen. Ik ben vrij bleek in de winter, maar niet zo dat het echt opvallend is. Maar ook: Het meisje in de video is, zelfs zonder make-up, veel mooier dan ik ooit ben geweest of zal zijn. En zelfs zij wordt uitgemaakt voor lelijk en afstotelijk, iemand om je kapot voor te schamen. Bizar toch?

Gek genoeg zijn het vaak dezelfde woorden die mensen gebruiken. Ook ik heb ze gehoord, soms in een andere variant, altijd dezelfde lading.. Een paar pubermeisjes wat expres dicht langsloopt en dan naar me sist “Ieeeuw, jij bent echt héél erg lelijk” of mensen die beweren dat het slecht voor je gezondheid is, als je naar mij kijkt.

Van lelijke trol roepen tot achter m’n rug kwetsende grapjes maken, nét hard genoeg dat ik het ook hoor. De voorbeelden zijn eindeloos, ook al heb ik het meeste weggestopt. Ergens waar ik het zelf meestal niet meer kan vinden.

Ik schopte tegen deuren, smeet spullen aan gort, sloot mezelf tijdenlang op in mijn huis en schreef alles van me af.

Ik praat er niet vaak over, meestal komt er toch weer een oordeel, of een opmerking waar ik niets mee kan. Van “Je droeg zeker rare kleding” of “Maar toen had je nog kort haar!” en “Nu ben je wél knap.” Bullshit. Kwetsende, oppervlakkige bullshit.

Oké ik had het grootste deel van m’n leven kort haar en een periode dat ik me een tikje alternatief kleedde. Dus? Is dat niet mijn vrijheid? Mijn keus? En is dat een geldige reden om iemand aan te vallen?

ik vind jou lelijk! Waarom? “Omdat je kort haar hebt. Je draagt een broek die ze niet bij Zara verkopen. Dat is raar en jij bent dus lelijk. What’s the point? Sowieso zijn er genoeg vrouwen met kort haar, die heb ik nooit over pesten gehoord. Lag het dan toch gewoon aan mijzelf?

Toch stopte het op een dag. Puur door een mindset. Ik herinner me de dagen dat ik zó wanhopig en woedend was omdat ‘t niet stopte, dat ik zin had om de straat weer op te gaan, m’n belagers op te zoeken en ze iets aan te doen. Maar deed het nooit.

Ik schopte tegen deuren, smeet spullen aan gort, sloot mezelf tijdenlang op in mijn huis op en schreef alles van me af. Ik ben altijd iemand geweest die boosheid zoveel mogelijk binnenhoudt. Ook uit angst voor wat er gebeurt als ik het er eenmaal uit laat. Geloof me, binnenvetters kunnen enorm veel onverwerkte woede in zich hebben.

Nee, ik deed het anders. Ik was er écht klaar mee om de eeuwige pispaal te zijn, iemand waar de mensen op los kunnen gaan zonder dat ze zich schuldig hoeven voelen. Want zo iemand als ik stelt toch geen reet voor, nutteloos en lelijk.

De outcast, degene waar iedereen iets van vindt, maar positief is het nooit. Ik heb altijd geweten dat ik anders ben dan gemiddeld, maar ook dat het niet alleen een kwestie van haar, kleding of mijn visuele beperking was. Er was iets aan mij wat mensen triggerde.

En dus besloot ik dat het klaar moest zijn. Ik wilde dit niet langer. En vanaf dat moment stopte het. Letterlijk. Ik heb nooit geweten dat mental power zó krachtig kan zijn. Dat iets stopt, omdat je het simpelweg niet langer accepteert.

Van de ene op de andere dag. Ik droeg nog altijd dezelfde kleding, had hetzelfde haar. Ik was nog steeds dezelfde persoon. Op één ding na: Mijn mindset. Anders ben ik nog altijd, maar inmiddels is dat m’n kracht geworden, iets waar ik trots op ben.

Het enige wat niet stopte, waren de gevolgen. Er was inmiddels zó vaak gezegd dat ik lelijk, nutteloos en waardeloos was, dat ik ‘t ben gaan geloven. Dat is hoe de menselijke geest werkt: Als je iets vaak herhaalt, wordt het waarheid. Misschien mijn waarheid en niet die van iedereen, maar voor mij is het de enige waarheid. Daar krijg je niks tussen.

Complimentjes en goede bedoelingen kan ik moeilijk accepteren. Ik geloof ze niet, of verwacht een verborgen agenda. Die er vaak ook wel was, of is. Ik houd mensen op afstand en heb een stel muren om me heen opgetrokken, waar een zwaarbewaakte gevangenis nog jaloers op zou zijn. Naast onafhankelijkheid, zijn emotionele veiligheid en zelfbescherming voor mij van levensbelang.

Ik heb niet de intentie om daaraan te werken. Ook niet aan mijn zelfbeeld trouwens. Niet meer. Het is een deel wat ik inmiddels heb geaccepteerd als iets wat bij me hoort en ik heb niet eens meer de illusie dat je 25 jaar aan ellende met wat sessies op de sofa uit m’n systeem krijgt. Meerdere therapeuten hebben het geprobeerd, niemand is er ook maar een beetje in geslaagd.

En die muren blijven staan. Ik ben van mening dat mensen die mij de moeite waard vinden en niet omdat ik klusjes voor ze op kan knappen of iets anders heb waar ze gebruik van willen maken (geloof me, ik heb ze in veelvoud meegemaakt), de kracht wel vinden om die muur te bedwingen. Het koren scheiden van het kaf, noem ik dat.

Ik heb nooit geweten dat mental power
zó krachtig kan zijn. Dat iets stopt,
omdat je het niet langer accepteert.
Van de ene op de andere dag.

Overigens ben ik slechts één van de velen. Dit verhaal is een nano-byte in de zee van verhalen. Verhalen van mensen. Mannen én vrouwen, die onnodig slecht behandeld zijn. Uitgescholden, uitgekotst, in de goot getrapt en opzij geduwd.

Enkel omdat ze anders zijn. In mijn geval waren het meestal vreemden die het deden, maar vaak genoeg zijn het juist mensen die dichtbij staan. Iemand uit dat handjevol personen die je wél toegelaten hebt tot ‘Fort Knox’. It happens… I’ve been there.

Het motto van deze blogpost: De video van het meisje en mijn verhaal? Dat ik nog altijd hoop heb dat mensen eens nadenken voordat ze hun mond een duw geven.

IJdele hoop misschien, aangezien het in de tijd van social media en gemakkelijke anonimiteit alleen maar erger lijkt te zijn geworden. Overigens zag ik onlangs op Netflix A Girl Like Her, een film die ook op dit thema aansluit. Een rauw verhaal over de gevolgen van pesten.

Tot slot wil ik benadrukken dat er natuurlijk genoeg mensen zijn die dergelijke dingen hebben meegemaakt, maar er later geen last van hebben. Dat is alleen maar fijn, maar betekent niet dat mensen die wél gevolgen ondervinden, dus aandachttrekkers, drama queens of slappelingen zijn. Iedereen is anders en iedereen reageert anders. En elke situatie is ook anders.

Tegen mij is vaak gezegd: “Joh, zet je er overheen. Dat was toen, heb je daar nóg last van?” Dat is behoorlijk kort door de bocht. ik lig niet meer wakker van de dingen die in die 25 jaar gebeurd zijn, veel heb ik weggestopt. Het is meer dat zo’n periode je tekent. Daar verander je niets aan. Je kunt het alleen leren accepteren als een deel van jezelf. Misschien niet het leukste deel, maar evengoed iets wat bij je hoort.

Ik heb er uiteindelijk BDD aan overgehouden, maar ben er ook sterker door geworden. Kritischer naar mensen ook, misschien zelfs harder en afstandelijker, maar dat bleek nodig te zijn. Ik heb leren omgaan met hoe ik ben geworden dóór anderen. Nu is ‘me-time’ aangebroken!