Het was 14 december 2021, toen ik voor het eerst kennismaakte met het fenomeen street light interference. Of beter gezegd met de naam, want met het fenomeen op zich, was ik al veel langer bekend, zonder te weten dat het een ‘ding’ was.
Ik was die dag voor mijn doen al behoorlijk vroeg op pad omdat ik wilde kijken hoe de schijnwerper bij de molen gemaakt werd die al maanden stuk was en had zomaar een spontaan gesprek had met een voorbijganger. Een bijzonder gesprek wat verder ging dan het weer of hoe oud mijn hondje nu eigenlijk was.
Een gesprek over de wereld, de maatschappij, geloof en wetenschap maar ook over koffie en de stad. En – waarschijnlijk doordat ik iets had verteld over de kapotte lamp – begon de man over street light interference. Dat straatlantaarns spontaan aan of uit sprongen als hij langs liep en dat hij zichzelf wel een beetje een rare vond dat hij dat aan mij vertelde, want dat zelfs zijn vrouw het niet wist.
Je raadt het misschien al: ik heb dat dus ook. Maar nooit geweten dat het een naam had. Het viel me vaak genoeg op en ik vond het wel wat vreemd, merkwaardig, maar dacht dan dingen als: “Er zal in die ene lamp misschien wel een sensor zitten.” Of dat hij gewoon nét op dat moment kapot ging, of dat er iets anders gebeurde waardoor die lamp net heel toevallig iets deed als ik erlangs liep. Of dat iedereen dat heeft.
Eenmaal thuis ben ik gelijk het internet op gedoken en vond diverse resultaten over het fenomeen. Er zijn dus meer mensen die dit hebben en wat ik er intrigerend aan vind, is dat je het enerzijds heel wetenschappelijk kunt benaderen, maar dat het nooit wetenschappelijk verklaard of bewezen is. Een soort ’tussen wal en schip’.
Wat is interference, of in het Nederlands dus interferentie, nu precies? Op de website van Natuurkunde.nl (hoe wetenschappelijk wil je ’t hebben), staat het uitgelegd. Zo bestaan er om te beginnen al twee theorieën over hoe licht ontstaat, in de vorm van golven, of als een mengelmoesje van fotonen die weer botsen met elektronen. Het mooie is dat beide theorieën kloppen.
Op het moment dat twee van die golven elkaar tegenkomen, heet dat interferentie. Een term die in het Nederlands vooral in de natuurkunde wordt gebruikt, maar als je denkt aan het Engelse ‘interference’ wat tussenkomst betekent, is het wel vrij voor de hand liggend dat een ontmoeting tussen golven ‘interferentie’ heet.
Zonder verder al te diep op de materie in te gaan, kun je denk ik zelf hieruit al wel concluderen dat er dus een soort reactie ontstaat tussen mens en lantaarn, in het geval van de street light interference. Dit lijkt alles met energie te maken te hebben, je kunt het zien als dat de energie van bepaalde mensen een zodanige frequentie heeft, dat bepaalde elementen daarop kunnen reageren.
Ik heb het zelf dus best vaak en weet vaak ook welke lantaarns gaan reageren. Hoe dat kan weet ik ook niet, maar negen van de tien lampen waarvan ik vermoed dat ze zullen ‘aanslaan’ op mijn aanwezigheid, doen dat ook.
Ik kan dus lampen aan en uitzetten met mijn energie. Jammer dat ik dat niet ook voor andere dingen kan gebruiken. 🙂 pic.twitter.com/xRHdVLu9oZ
— Ester Dammers (@ByEstrella) December 27, 2021
Bijzonder ’toeval’ is ook dat in januari, toen ik zo slecht in m’n vel zat en mentaal en fysiek erg laag in mijn energie zat, geen enkele lantaarn reageerde. Sinds een paar weken reageren ze weer. Bizar toch? Overigens heb ik ook ‘last’ van nog een ander fenomeen namelijk electro hypersensitivity, dit houdt in mijn geval in dat ik trillingen in onder meer schermen en lampen kan waarnemen die blijkbaar niemand anders ziet en daar hevige hoofdpijn van krijg.
Dit is een overgevoeligheid voor elektromagnetische straling (deze naam is iets meer voor de hand liggend) en ik wil nog altijd eens uitzoeken of er een verband bestaat tussen dit en street light interference. Interessante materie om eens uit te zoeken!
Heb of had jij weleens van de term street light interference gehoord?
Weer in 1 keer uitgelezen. Interessant om meer over te lezen en te weten te komen!
Dank je!