Vandaag was nogal een merkwaardige dag… Gelukkig minder zwaar en ellendig dan gister, maar zonder meer toch ook wel een soort emotionele rollercoaster die ik niet helemaal aan zag komen. Het begon vanmorgen al met wakker worden met onrust, waarin ik gelukkig uiteindelijk weer aardig gerust gesteld ben.
Daarna kon ik met een veel lichter hart aan de dag beginnen, ik stapte ff op de fiets om verse aardbeien te scoren op de markt, rommelde wat in huis en heb mezelf zelfs gegund om een poosje op de bank te liggen, omdat ik me nog steeds best moe voel. Al komt dat meer vanuit mijn hoofd dan uit m’n lijf, want van dat fietstochtje van 50km van afgelopen zaterdag heb ik eigenlijk niet echt last gehad.
‘s Middags om drie uur had ik mijn eerste intakegesprek bij de psychotherapeut. Alles was geregeld, ik had m’n definitieve toezegging vrijdag al gedaan en ben die middag ook de verwijzing nog gaan brengen. En dan zit je net tien minuten in de stoel en krijg je te horen dat de behandeling tóch niet door kan gaan, vanwege iets wat het best te omschrijven is als een privacy-kwestie.
Een klein detail waarvan ik werkelijk nooit had verwacht dat ‘t ervoor zou zorgen dat ik gewoon géén therapie zou kunnen volgen. Dat hakte er behoorlijk in en moest echt moeite doen om m’n emoties in bedwang te houden. Het plaatje leek zó te kloppen, ‘t was een typisch gevalletje ‘dit moet zo zijn’ en dan om ‘n reden die eigenlijk niet eens iets met mijzelf te maken heeft, knapt het ballonnetje dan recht voor je ogen.
Ik ben compleet over de emmer en als een kip zonder kop naar huis gereden en het heeft best even geduurd voordat ik mezelf weer een beetje bij elkaar gepakt had en niet meer zo vreselijk overstuur was. Ik had al mijn hoop op die therapie gevestigd. Ik kom altijd heel ver met dingen oplossen, maar ik ben ook maar een mens…
Het was al een enorme drempel geweest om mezelf zover te krijgen dat ik überhaupt ooit nog aan therapie wilde beginnen, de mentale versie van de Mount Everest. En als je dan eenmaal zover bent, vol goede moed, hoop, supergemotiveerd. Dan gebeurt er zoiets. Het woord ‘teleurstelling’ dekte de lading niet eens…
Toch bleef er tussen alle klotegevoelens die me overvielen, ook een klein stemmetje in mijn hoofd zitten genaamd ‘Hoop’. Het was steeds alsof alles me in deze richting had gewezen, dat kon dan toch niet zomaar om een reden die nota bene zelfs buiten mijzelf lag klaar zijn? Misschien ben ik te gevoelig, te sentimenteel of zelfs bijgelovig, maar ik geloof werkelijk dat alles een lot heeft, een doel, een richting die je soms de weg in het leven wijst aan de hand van onzichtbare draden.
En toen om half zes mijn telefoon rinkelde en het de therapeut was die belde om te zeggen dat hij erover na had gedacht en toch geen belemmering zag in het starten van een behandeling, wist ik dat dat eigenwijze gevoel van mij toch mooi weer gelijk had gehad. Het gaat tóch door! Die therapie komt er! En nu echt…